WhatsApp
Telefoon

Combinaties met er: ervanuitgaan

door | 26 augustus 2014 | Overige, Taal | 0 Reacties

combinaties met er

Op LinkedIn kreeg ik vorige week een reactie over het al dan niet aan elkaar schrijven van woorden met het woordje er. Schrijf je nu ervanuit gaan, er van uitgaan, ervan uitgaan, ervanuit gaan of ervanuitgaan? Het blijft lastig, die woorden met er. En troost je: ook ik vind dit moeilijk die combinaties met er. Vaak doe ik het op gevoel – en zonder dat ik nu arrogant wil overkomen: meestal is het goed. Maar als het van belang is, dan zoek ik het ook op.

Gelukkig zijn er regels voor het aaneenschrijven van combinaties met er.

We kennen een aantal werkwoordelijke uitdrukkingen met er:

  1. er uit zien
  2. er in trappen
  3. er toe doen
  4. er naar toe gaan
  5. er op na houden
  6. er mee door kunnen
  7. er van op aan kunnen

Let op: ik schrijf de combinaties nu bewust even los. Dat wil niet zeggen dat dit de juiste schrijfwijze is.
Bij het aan elkaar schrijven van deze uitdrukkingen moet je goed kijken naar de betekenis van het werkwoord. Bijvoorbeeld bij de eerste combinatie met er. Het gaat om welk voorkomen iemand heeft. We schrijven alles aan elkaar in dit geval: eruitzien → Weet jij hoe zij eruitziet?
De tweede heeft echter alleen een spatie tussen in en trappen. We schrijven dus erin trappen omdat je ergens in kunt trappen: poep of een grapje Hij is erin getrapt.
Toedoen en toelopen hebben een andere betekenis dan ertoe doen en ernaartoe lopen. Dat is dan ook de reden waarom het woordje toe vastgemaakt wordt aan het voorafgaande woord Wat doet het ertoe? en Hij loopt ernaartoe.
Eropna houden is weer een leuke: we kennen het werkwoord nahouden niet, daarom schrijven we eropna aan elkaar Zij houdt een minnaar eropna. Er valt overigens best wat te zeggen voor erop na houden: dit ziet er namelijk best vreemd uit: zij houdt er een minnaar opna.
Hetzelfde geldt eigenlijk voor de laatste twee werkwoordelijke combinaties met er: ermeedoor kunnen en ervanopaan kunnen. We kennen de woorden doorkunnen en aankunnen niet. Daarom kiezen we voor het aaneenschrijven van alle voorzetsels. Natuurlijk valt er ook weer wat te zeggen voor ermee door kunnen en ervan opaan kunnen of zelfs ervan op aan kunnen. Die laatste omdat opaan er weer wat vreemd uitziet.
– De oplettende lezer ziet iets vreemds in de vorige zin. Het splitsen van er […] uitziet. Dit kan weer wel van elkaar omdat dit een bijzin is en omdat er anders een kromme zin ontstaat. –
Soms zijn er combinaties met er waarbij we toch niet de woorden aan elkaar schrijven. Dat heeft ermee te maken dat een van de woorden dan bij een andere woordgroep hoort. Twee zinnetjes als voorbeeld:

  1. Hij zit achterop.
  2. Hij zit achter op de fiets.

In het eerste geval hoort op bij de combinatie achteropzitten. In het tweede zinnetje hoort op in de woordgroep op de fiets. Dat kun je zien als je de zin in zinsdelen verdeelt:
Hij | zit | achter | op de fiets.

Een klein oefeningetje met een combinatie met er

Welke woordjes zou je verbinden? De antwoorden staan onderaan, maar probeer het eerst zelf. Dat is leuker:

  1. Het staat rechts+onder+aan de pagina.
  2. Blijf er+van+af!
  3. Hij heeft er+van+langs+gekregen.
  4. Zo wil ik me niet er+van+af+maken.
  5. Is hij echt daar+onder+door+gekropen?
  6. Ik heb er+naar+uit+gezien om haar te ontmoeten.
  7. Het heeft er even naar+uit+gezien dat ze niet zouden komen.

Hoe zit het dan met er van uit gaan?

We kennen natuurlijk het werkwoord uitgaan, maar we bedoelen niet het naar de kroeg gaan. Als je ergens van uit gaat dan maak je een aanname en dat is de betekenis die wordt bedoeld. In dat geval schrijven we ervanuit gaan. Maar: als we er even van()uit gaan dan mag je er ook voor kiezen om van en uit los te schrijven, als je het woordbeeld vreemd vindt.
De antwoorden:

  1. rechts onder aan → rechts is een bijwoord (alleen er, daar, waar en hier mogen meedoen en woordjes als toe en mee) en aan hoort bij pagina.
  2. ervan af het werkwoord afblijven bestaat, daarom mag af los van ervan.
  3. ervanlangs gekregen langskrijgen van is geen werkwoord, daarom komt langs nu vast aan ervan.
  4. vanaf maken het werkwoord afmaken bestaat, maar let op de betekenis: het gaat niet om iemand doodmaken. Daarom schrijf je af vast aan van.
  5. daaronderdoor gekropen we kennen het woord doorkruipen niet – zelfs niet om een baby aan te moedigen op te schieten – daarom komt door aan daaronder vast.
  6. ernaar uitgezien we kennen het werkwoord uitzien naar. Vandaar dat we het geheel op deze wijze schrijven.
  7. naar uit gezien we kiezen hier voor een spatie tussen naar en uit vanwege het rare woordbeeld. Dit ontstaat omdat er een woordje tussen er en naar een ander woord staat.

Hoeveel had je er goed?

Meer weten of vragen?

Ben je geïnteresseerd geraakt door dit blog? Stuur me een berichtje en help je verder!

0 reacties

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Pin It on Pinterest